
Misschien zit je er al een tijdje tegenaan te hikken: de zindelijkheidstraining van je peuter. Hoewel het een uitdagend proces kan zijn, is het ook een leuke stap richting onafhankelijkheid. Gelukkig zijn er een aantal handige tips die je kunt toepassen om het proces soepeler te laten verlopen. In deze blog delen we die waardevolle tips voor het zindelijk worden op een positieve manier. Van het juiste moment om te beginnen tot het creëren van een zindelijkheidsschema, lees alles wat je moet weten voor een soepele overgang naar een droge en luierloze toekomst.😉
TIP 1: Kies het juiste moment/leeftijd om te beginnen met zindelijk worden
Het is belangrijk om een goed moment te kiezen om met de zindelijkheidstraining van je peuter te beginnen. De meeste kinderen zijn er klaar voor tussen de leeftijd van 1.5 en 3 jaar, maar ieder kind ontwikkelt zich op zijn eigen tempo. Kies bij voorkeur een rustig moment voor jezelf en je peuter, dus geen tijd waar al spannende dingen gebeuren zoals rond Sinterklaas, een verhuizing of de geboorte van een broertje of zusje. De zomervakantie is bij uitstek geschikt omdat je dan ook lekker naar buiten kunt. Laat je kindje lekker zonder luier in de tuin. Als hij of zij dan een ongelukje heeft scheelt het met opruimen. Het vieze gevoel van plas langs de beentjes zorgt er vaak voor dat ze de volgende keer het potje gaan opzoeken.
Je kunt zelf een moment kiezen en beginnen met oefenen of bewust kijken wanneer je kindje zelf aangeeft er klaar voor te zijn. Let op tekenen zoals interesse tonen in de wc of luier, aangeven wanneer ze moeten plassen of poepen, of het vermogen om hun luier droog te houden gedurende langere periodes. Als het niet meteen lukt is het ook geen schande om even een pauze in te lassen om het op een later moment weer op te pakken.
TIP 2: Maak een positieve ervaring van het zindelijk worden
Nummer twee van de tips is om het zindelijk worden een positieve ervaring te laten zijn. Het is belangrijk om de zindelijkheidstraining leuk te houden en je vooral te richten op de keren dat het goed gaat. Moedig je kind aan, geef complimenten en beloningen en benader eventuele ongelukjes met begrip. Vermijd negatieve reacties of straffen bij ongelukjes, omdat dit angst of schaamte kan veroorzaken. Gebruik eventueel beloningen om je kindje te motiveren.
Zo kun je bijvoorbeeld met een stickervel werken als beloningssysteem. Bij elk plasje mag je kindje dan een sticker plakken op de beloningskaart, bij een volle kaart mag hij of zij een cadeautje. Spreek van tevoren af wat de beloning is. Bijvoorbeeld: een ijsje halen met 2 bollen of iets uitkiezen in de speelgoedwinkel. Download deze leuke beloningskaart, print hem uit en hang hem op een duidelijke plek in huis. Op de wc-deur bijvoorbeeld. Koop een velletje met de favoriete stickers van je kleintje en maak van zindelijk worden een feestje!

TIP 3: Zorg voor routine doormiddel van een zindelijkheidsschema
Een zindelijkheidsschema kan structuur bieden tijdens het leerproces. Stel een schema op waarin je kind regelmatig naar het toilet gaat, bijvoorbeeld gelijk na het opstaan, voor en na de maaltijden en voor het slapengaan. Door dit schema consistent te volgen, kan je peuter wennen aan regelmatige toiletbezoeken.
TIP 4: Betrek je peuter bij het proces
Laat je peuter meedoen bij het proces van de zindelijkheidstraining. Laat ze bijvoorbeeld hun eigen grote meiden-/jongensondergoed of potje kiezen. Kijk bij de bibliotheek of er leuke kinderboeken zijn over zindelijk worden of zoek kinderliedjes op over dit thema. Zo motiveer je je kindje om zindelijk te willen zijn en maak je er een leuke, positieve ervaring van. Tip: in onze boetiek in Zwolle verkopen we ook leuke voorleesboeken over zindelijkheid.
TIP 5: Oefen met een potje of toiletverkleiner
Geef je kind de keuze tussen een potje en een toiletverkleiner. Laat hem of haar wennen aan beide opties en laat ze zelf beslissen wat ze het prettigst vinden. Moedig regelmatig oefenen aan, zelfs als het in het begin niet altijd succesvol is.
TIP 6: Zet het potje op een opvallende plek in de kamer
Om de kans op ongelukjes zo klein mogelijk te maken is het handig als je kindje snel bij het potje kan komen. Zorg er daarom voor dat het potje altijd in de buurt is. Zijn jullie in de woonkamer aan het spelen? Zet het potje dan ook binnen het gezichtsveld van je peuter. Zo raakt je kleintje eraan gewend en zal hij of zij er nieuwsgieriger naar worden. Je kunt ook eerst spelenderwijs oefenen door te doen alsof met kleertjes aan of met poppen/knuffels.

TIP 7: Kleed je kindje in gemakkelijke kleding
Tijdens de zindelijkheidstraining van je peuter is het handig als je peuter kleding aanheeft die gemakkelijk aan en uit te trekken is. Kies kleding die ze zelfstandig kunnen uittrekken, zoals broeken met een zachte, elastieken band. Zo voorkom je ongelukjes omdat het te lang duurde om bijvoorbeeld de broekknoop los te krijgen en maak je de kans op slagen zo groot mogelijk.
TIP 8: Bereid je voor op ongelukjes
Houd er rekening mee dat ongelukjes onvermijdelijk zijn. Zorg dat je altijd reservekleding bij de hand hebt en wees bereid om de boel schoon te maken. Laat je kind weten dat ongelukjes erbij horen en dat helemaal het niet erg is. In bed is het goed om een matrasbeschermer neer te leggen onder het hoeslaken. Zo blijft het matras schoon en hoef je alleen het beddengoed te verschonen.
TIP 9: Werk aan het zindelijk worden ’s nachts
Zindelijkheid ‘s nachts kan wat langer duren dan overdag. Het kan helpen om het drinken van je kind voor het slapengaan te beperken en regelmatig naar de wc te gaan. Je kunt er ook voor kiezen om je kindje nog een keer wakker te maken om te plassen. Doe dit bijvoorbeeld wanneer je zelf naar bed gaat of ongeveer twee uur nadat hij of zij is gaan slapen.
Wil het nou echt niet goed lukken ’s nachts? Dan zijn er handige middelen zoals zindelijkheidswekkers, dit zijn speciale wekkers gekoppeld aan ondergoed die je kindje wakker maken als er een paar druppels plas in het ondergoed komen.
TIP 10: Geef je kind de tijd om zindelijk te worden
Het zindelijk worden is een proces dat tijd kost en geduld eist. Laat je kind rustig wennen aan het idee en push ze niet te hard. Geef ze het vertrouwen dat het gaat lukken en laat ze in hun eigen tempo leren. Het ene kindje heeft er wat meer moeite mee dan het andere, maar uiteindelijk komt het altijd goed!
